Vezel

Omschrijving: 
[definitie]
Vezels zijn langgerekte elementen in een plant die voor stevigheid in de plant zorgen. Deze vezels bestaan vooral uit cellulose. Papier is een netwerk van deze (cellulose)vezels.

[toelichting]
Vezels worden ook wel papiervezel, celstof, pulp, papierpulp of cellulose (al is dit technisch gezien incorrect, cellulose is het biopolymeer waaruit de vezels bestaan) genoemd.
Ze worden gewonnen uit hout, met naaldhout en loofhout als voornaamste bronnen. Ook oud papier vormt een belangrijke bron van herbruikbare vezels.
Van de loofbomen komen – naast eucalyptus – vooral berk, beuk en populier in aanmerking, onder naaldbomen zijn dat met name lariks, den en spar. De acacia is in opmars in zuid-oost Azië. Vezels van tropisch hardhout zijn in wezen ongeschikt voor papierproductie.
Vezels voor de productie van papier zijn meestal afkomstig uit het resthout van productiebossen, uitdunningshout en uit zagerijresten. Het hout wordt gezaagd, ontbast en (soms) ‘gechipt’ (tot kleine stukken versneden), waarna de vezels worden ontsloten en eventueel gebleekt. In het geval van zogenaamd houtvrij papier wordt de lignine geheel uit het hout verwijderd, terwijl er bij houthoudend papier de lignine alleen gemodificeerd wordt.
Bij geïntegreerde papierfabrieken wordt de verkregen celstof direct tot papier verwerkt, maar de celstof kan ook worden gedroogd en geperst om later elders te worden verwerkt.

[milieueffect]
Bomen zetten het broeikasgas koolstofdioxide CO2 om in zuurstof O2 door de koolstof (C) op te slaan (in de vorm van koolwaterstoffen zoals cellulose en lignine) en neutraliseren daarmee (onder andere) het broeikaseffect. Ook eenmaal tot papier verwerkt, blijft de koolstofopslag in de in het papier verwerkte houtvezel bewaard aangezien papier voor een groot deel uit cellulose bestaat. Als de lignine gemodificeerd wordt, blijft ook de koolstofopslag van de lignine behouden. Als de lignine verwijderd wordt (in houtvrij papier) dan ligt het eraan wat er met de lignineresten gedaan wordt, of de koolstofopslag behouden blijft. Door te zorgen voor de aanplant van nieuwe bomen ter vervanging van de geoogste exemplaren kan hout een duurzame grondstof zijn. Deze vorm van duurzaam bosbeheer wordt onder andere door FSC en PEFC gecertificeerd.